Een taal spreken voor de Omgevingswet

De bijeenkomst over taalgebruik en de Omgevingswet leverde half februari veel herkenning op. De een ziet een plaatje van een boom en noemt het een boom, de ander ziet hetzelfde plaatje en noemt het verticale houtopstand. Er zaten daarom zo’n zestig beleidsmedewerkers, juristen, vergunningverleners en communicatiemedewerkers uit de hele provincie Flevoland bij elkaar om te werken aan één woordenboek voor de Omgevingswet. In theater Agora werd de start gemaakt om te komen tot één taal en eenduidige juridische begrippen.

Kaart

De bijeenkomst was een initiatief van het ‘Platform Flevoland’ en is georganiseerd door de OFGV, de provincie Flevoland en de gemeente Dronten. Het doel is binnen Flevoland dezelfde juridische begrippen te gebruiken in het Digitaal Stelsel Omgevingswet. Onder de regels op de kaart is een bibliotheek met woorden opgenomen. Bij het schrijven van de regels kan hiervan gebruik gemaakt worden. ´Platform Flevoland` levert het woordenboek aan het Interprovinciaal Overleg en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, zodat dit Flevolandse initiatief kan bijdragen aan de landelijke ontwikkelingen. Emmeke van Ulsen-Smeulders, mede-organisator van de middag omschreef het als volgt bij de opening: “Spreek dezelfde taal en maak het vooral begrijpelijk.”